info van de dermatoloog

huidinfo.nl - kennis van de huid

Zon en huid

Wat is zonlicht?

De zon is het centrum van ons zonnestelsel, de centrale ster in ‘ons’ stukje van het universum. De zon zendt verschillende soorten straling uit die in 3 groepen kan worden verdeeld:

* infrarood: dit is onzichtbare straling die warmte geeft.
* zichtbaar licht: het soort licht (‘de kleuren van de regenboog’) die voor onze ogen de wereld om ons heen zichtbaar maakt.
* ultraviolet: dit is, net als infrarood, onzichtbare straling.

zon en huid ultraviolet

Ultraviolette straling

Ultraviolette straling (UV-straling) wordt op zijn beurt weer ingedeeld in 3 soorten: UV-A, UV-B en UV-C. Normaal gesproken houdt de dampkring om de aarde het grootste deel van de UV-straling tegen. Vooral de ozonlaag speelt hierin een belangrijke rol. De dampkring werkt dus als een UV-schild en dat is maar goed ook, aangezien UV-straling de huid ernstig kan beschadigen.

* UV-C is de krachtigste vorm van UV-straling, doch deze bereikt het aardoppervlak niet.
* UV-B wordt grotendeels door de dampkring tegengehouden, maar mij een wolkenloze hemel dringt er toch nog vrij veel door tot aan het aardoppervlak. UV-B is de belangrijkste veroorzaker van zonnebrand en huidkanker.
* UV-A dringt vrij makkelijk door tot het aardoppervlak en is de minst schadelijke van de drie UV-soorten. Toch kan ook UV-A in hogere dosis leiden tot zonnebrand en huidkanker.

De goede kant van UV

Toch heeft UV-straling ook goede kanten: zo is het essentieel voor de aanmaak van Vitamine D in het menselijk lichaam. Een tekort hieraan veroorzaakt bij kinderen ontwikkelingsstoornissen van de botten. Tijdens de industriele revolutie in Europa werkten veel kinderen in fabrieken en kwamen slechts zeer weinig in de zon. Het gevolg was dat de beenderen niet goed tot ontwikkeling kwamen. Omdat dit fenomeen vooral veel in Engeland werd gezien (weinig zon én vroege industriele ontwikkeling) werd het de ‘Engelse Ziekte’ genoemd. De medische term hiervoor is Rachitis.
Bij normale blootstelling aan de zon is er ruim voldoende aanmaak van Vitamine D.

UV-straling heeft, mits goed gedoseerd, een ontstekingsremmende werking op de huid. Bij eczeem en psoriasis kan door de dermatoloog UV-lichttherapie worden toegepast.

De slechte kant van UV

De energie van UV-straling wordt in de huid opgenomen door eiwitten. Een belangrijke structuur in de huidcellen is het erfelijk materiaal, het DNA. Door de absorptie van de energie kan het DNA veranderen.

* Wanneer dit een kleine verandering in de DNA-structuur betreft kan deze fout door speciale andere eiwitten door de cel weer worden gerepareerd.
* Bij uitgebreide schade van het DNA zal de huidcel sterven.
* Wanneer er echter door de UV-straling een beschading van het DNA optreedt die niet door de cel wordt opgemerkt of verkeerd wordt gerepareerd, kan de verandering aan het DNA blijvend zijn. In sommige gevallen kan de beschadiging zodanig zijn dat de cel zich ongeremd en ongecontroleerd kan gaan delen. Er is huidkanker ontstaan…
* Er zijn verschillende soorten huidkanker en voorlopers van huidkanker die door UV-beschadiging kunnen ontstaan, zoals actinische keratosen, basaalcelcarcinoom, plaveiselcelcarcinoom en melanoom.
* Bovendien breekt UV-straling de elastinevezels, die de huid soepelheid en veerkracht geven, af. Het is vergelijkbaar met wat er met een gewoon elastiekje gebeurt dat in de zon ligt: binnen enkele dagen is het elastine kapot en verkruimelt het elastiekje. Weliswaar wordt er in de huid steeds nieuwe elastine aangemaakt om de afgebroken elastine te vervangen, maar dit aanmaakproces neemt af bij het ouder worden. Wanneer de afbraak groter is dan de aanmaak wordt de huid slap en ontstaan rimpels. Dit noemt men in het Engels ‘photoageing’.
* UV-straling veroorzaakt soms vlekkerige pigmentafwijkingen van de huid. Melasma (zwangerschapsmasker) is een voorbeeld hiervan.

landmanshuid schade door zon UV-licht
foto: een typisch geval van ‘photoageing’: een zgn. ‘landmanshuid’ in de nek, diepe plooien en rimpels.

Bruinen

De huid probeert zich zelf ook te beschermen tegen de UV-straling. Dit gebeurt door het aanmaken van pigment dat in de cellen van de opperhuid wordt gelegd. Zo ontstaat een ‘parasol’ van pigment (melanine) die de cellen in de basis van de opperhuid afschermt tegen de UV-straling. Hierdoor wordt de kans op het onstaan van schade aan het DNA sterk verminderd. Dit proces kennen wij als ‘bruinen’.
Mensen die moeilijk pigment aanmaken (zeer blonde mensen of mensen met rood haar) zijn dus nauwelijks in staat die beschermende pigment-paraplu te vormen en hebben dus een veel groter risico op het krijgen van huidkanker dan mensen die wel makkelijk bruin worden, of die van nature al een donkere huid hebben.

Hoeveel UV-straling zit er in zonlicht?

De kracht van het UV is van verschillende factoren afhankelijk:

* jaargetijde: in de zomer is de hoeveelheid zonlicht veel groter dan in de winter, dit heeft te maken met de baan van de aarde om de zon.
* tijdstip van de dag: midden op de dag staat de zon loodrecht boven het aardoppervlak en hoeft maar een relatief korte afstand door de dampkring te worden afgelegd. De hoeveelheid UV-straling is dan het grootst.
* breedtegraad: hoe dichter bij de evenaar, hoe meer UV-straling.
* hoogte: hoog in de bergen is er minder UV uit het licht gefilterd dan op zeeniveau.
* weerkaatsing: wanneer UV wordt weerkaatst zoor sneeuw, water of zand is er sprake van sterke verhoging van UV: de straling komt nu immers uit meerdere richtingen.
* extra filters: bij zware bewolking dringt er maar weinig UV door naar het aardoppervlak.

Bescherming tegen UV-straling

Gezien het risico op huidverbranding, ontwikkeling van huidkanker, en vervroegde veroudering van de huid is het belangrijk om de huid niet te veel bloot te stellen aan UV-straling. Wanneer U toch langere tijd aan de zon wordt blootgesteld (bijvoorbeeld tijdens vakanties) is een goede bescherming noodzakelijk.
Speciaal voor jongere kinderen (tot 16 jaar) is optimale bescherming van belang, omdat bekend is dat zonneschade aan de jonge huid een extra groot risico op huidkanker op latere leeftijd veroorzaakt.

Beschermingsmaatregelen

Kleding
textiel kan een belangrijk deel van het UV tegenhouden. Het dragen van T-shirts of blouses op zomerdagen is dus nuttig. Wanneer men langdurig in de zon blijft is het wel verstandig om de huid ònder de kleding toch in te smeren met zonnebrandcreme. Er zijn speciale textielsoorten ontwikkeld die de huid zeer goed afschermen tegen UV-straling. Van deze stoffen wordt o.a. werkkleding en sportkleding gemaakt.

Hoeden en petten
Hoe breder de rand van de hoed, hoe meer schaduw in het gelaat valt, hoe beter dus de bescherming.
Het nadeel van petten is dat ze maar aan één kant schaduw geven. Afhankelijk van hoe de pet gedragen wordt is het gezicht of de nek beschermd.
Bij mensen met een (deels) kalend hoofd of een zeer korte haardracht, is het dragen van een hoed of pet van extra groot belang om de hoofdhuid te beschermen.

Mijdt felle zon
De zonkracht is rond het middaguur altijd het sterkst. Probeer daarom op die momenten de zon te mijden. In Noord Europa is dat ‘s zomers tussen 12.00 hr en 15.00 hr. In (sub-)tropische gebieden is deze periode vaak aanmerkelijk langer. Bedenk dat door weerkaatsing van de (onzichtbare) UV-straling door bijvoorbeeld zand of water ook UV kan doordringen in de schaduw onder parasols etc. Gebruik bij zonnig weer dan ook altijd een zonnebrandcrème, zelfs als U in de schaduw zit.

Zonnebrillen
Ook de ogen kunnen door UV-straling worden beschadigd. Draag daarom zonnebrillen met een goed UV-filter.
Koop voor kinderen nooit speelgoedzonnebrillen zonder goed UV-filter. Deze zijn schadelijker dan helemaal geen zonnebril dragen, omdat de iris door het wegvangen van het zichtbare licht extra open gaan staan zodat het UV, dat dwars door de glazen (of het plastic) heen gaat, extra eenvoudig tot in het oog kan doordringen.

Zonnebrandcrème
Zonnebrandcreme is een effectieve manier om de huid te beschermen tegen UV-straling. Elke zonnebrandcreme geeft een bepaalde graad van bescherming. Dit staat altijd op de verpakking vermeldt en wordt de Sun Protection Factor (SPF) genoemd.

Sun Protection Factor (SPF)
De SPF of beschermingsfactor, in het Nederlands meestal kortweg ‘de factor’ genoemd, geeft aan welke mate van bescherming de zonnebrand geeft. Een voorbeeld maakt het beste duidelijk wat de factor betekent:
Iemand met huidtype 2 verbrandt in de middagzon na ongeveer 20 minuten. Wanneer een zonnebrandcreme wordt gebruikt met een SPF van 12 treedt de zonverbranding pas op na 12 x 20 minuten, dus na 4 uur. Deze persoon zal dus met deze zonnebrandcreme na 4 uur verbranden, ook al heeft hij zich goed ingesmeerd.

Kiezen van een zonnebrandcrème

De beschermingsfactor van de zonnebrandcrème moet dus met zorg worden gekozen. Wanneer het gaat om optimale bescherming en verder niets, is een crème met een zeer hoge SPF de beste keus.
Wanneer de blootstelling aan de zon slechts kort zal zijn kan een relatief lage SPF gekozen worden, bij langere blootstelling moet weer voor een crème met een hogere SPF gekozen worden.
Omdat de huid van kinderen extra makkelijk beschadigd kan worden door UV-straling moeten kinderen altijd optimaal beschermd worden met een hoge factor.

De onderstaande tabel geeft een indicatie welke crème tenminste voor welke huid gebruikt moet worden in de Nederlandse zomerzon volgens de KWF-Kankerbestrijding:


Huidtype 1 (verbrandt zeer snel, wordt niet bruin) SPF 20-30
Huidtype 2 (verbrandt snel, wordt langzaam bruin) SPF 15+
Huidtype 3 (verbrandt niet snel, wordt makkelijk bruin) SPF 15+
Huidtype 4 (verbrandt bijna nooit, bruint zeer goed) SPF 10-15

De aanbevolen SPF in dit schema geldt voor de Nederlandse zomerzon. Ons algemeen advies: Smeer je iedere twee uur in. Ga je op zon- of wintersport- vakantie, uitgebreid zonnen of twijfel je over je huidtype, gebruik dan minimaal SPF 30 of SPF 50. En probeer in de zomer op de zonnigste momenten van de dag uit de felle zon te blijven… Ga voor meer informatie naar: kwf.nl/zonnen


Hoeveel moet ik smeren?
Om de bescherming te krijgen die de zonnebrandcrème belooft te geven moet de crème vrij dik op de huid worden aangebracht. Zuinig smeren geeft een veel lagere protectiefactor dan op de verpakking vermeld staat. Precieze richtlijnen over hoeveelheden toe te passen crème zijn niet te geven maar een ‘hand vol’ voor elke insmeerbeurt van de gehele huid is niet overdreven.

Hoe vaak moet ik smeren?
De kwaliteit van zonnebrandcremes is de laatste jaren sterk verbeterd. Toch slijt de beschermende zonnebrandcrème laag in een aantal uur. Dit wordt versneld door het dragen van kleding, liggen in het zand en zwemmen. De ‘waterproof’ cremes blijven weliswaar beter op de huid zitten na watercontact, maar toch blijft het zaak om de huid regelmatig opnieuw in te smeren. Omdat zonnebrandcreme vaak pas na ca. 30 minuten optimaal werkt is het verstandig de crème steeds tijdig aan te brengen.


Gerelateerde onderwerpen

huidkanker
melanoom
zonnebrandcrème
zonnebrand
huidveroudering
rimpels
Chronische Actinische Schade van de Huid (CASH)
zonne-allergie
bruin-zonder-zon producten
zonnebank
vitamine D en de huid


 

Schuiven naar boven